Total de formas verbales: 51
Imperativos y participios
Present Participle zip-coding
Present Participle zip-coded
Imperative zip-code
Tipo I you he/she/it we you they
Present zip-code zip-code zip-codes zip-code zip-code zip-code
Past zip-coded zip-coded zip-coded zip-coded zip-coded zip-coded
Future will zip-code will zip-code will zip-code will zip-code will zip-code will zip-code
Present conditional would zip-code would zip-code would zip-code would zip-code would zip-code would zip-code
Past conditional would have zip-coded would have zip-coded would have zip-coded would have zip-coded would have zip-coded would have zip-coded
Present Perfect have zip-coded have zip-coded has zip-coded have zip-coded have zip-coded have zip-coded
Past Perfect had zip-coded had zip-coded had zip-coded had zip-coded had zip-coded had zip-coded
Future Perfect will have zip-coded will have zip-coded will have zip-coded will have zip-coded will have zip-coded will have zip-coded

Verbos conjugados anteriores y posteriores a zip-code

« zip-code »