Total de formas verbales: 52
Imperativos y participios
Tegenwoordig en verleden deelwoord rekruterend
Tegenwoordig en verleden deelwoord gerekruteerd
Tipo ik jij hij/zij/het wij jullie zij
Presens rekruteer rekruteert rekruteert rekruteren rekruteren rekruteren
Imperfect rekruteerde rekruteerde rekruteerde rekruteerden rekruteerden rekruteerden
Toekomende tijd I zal rekruteren zult rekruteren zal rekruteren zullen rekruteren zullen rekruteren zullen rekruteren
Conditionalis I zou rekruteren zou rekruteren zou rekruteren zouden rekruteren zouden rekruteren zouden rekruteren
Perfectum heb gerekruteerd hebt gerekruteerd heeft gerekruteerd hebben gerekruteerd hebben gerekruteerd hebben gerekruteerd
Voltooid verleden tijd had gerekruteerd had gerekruteerd had gerekruteerd hadden gerekruteerd hadden gerekruteerd hadden gerekruteerd
Toekomende tijd II zal gerekruteerd hebben zult gerekruteerd hebben zal gerekruteerd hebben zullen gerekruteerd hebben zullen gerekruteerd hebben zullen gerekruteerd hebben
Conditionalis II zou hebben gerekruteerd zou hebben gerekruteerd zou hebben gerekruteerd zouden hebben gerekruteerd zouden hebben gerekruteerd zouden hebben gerekruteerd
Imperatief - rekruteer - - rekruteert -

Verbos similares a rekruteren

Verbos conjugados anteriores y posteriores a rekruteren